Half juni, bijna zomervakantie! Een heerlijk vooruitzicht, zeker als je toe bent aan éven niet nakijken, rapporteren, vergaderen en lessen voorbereiden. Cursisten vinden de vakantie misschien best lang – ineens valt de structuur weg van wekelijks naar de les komen. Van Nederlands oefenen komt niet altijd wat terecht. Dat is ook logisch, want er zijn genoeg andere dingen te doen en niemand vertelt je dat je goed bezig bent, als je in je eentje zit te ploeteren op woordjes en zinnen. Het is dus de moeite waard om aandacht te besteden aan blijven leren in de vakantie. Op die manier blijft het niveau hopelijk op peil en worden mogelijk extra lees- en spreek‘meters’ gemaakt of woorden bijgeleerd.
Maar hoe pak je dat vakantieleren aan? Je kunt natuurlijk zeggen: geef cursisten een leesboek mee, of wijs ze op de mogelijkheden om zelfstandig te blijven oefenen in de elektronische leeromgeving van TaalCompleet. De licentie loopt immers nog wel even door. Dat is zeker een goed idee. We hebben onder collega’s tips verzameld om het taalleren in de vakantie nog meer te stimuleren.
Tip 1: Allereerst: besteed in je lessen aandacht aan ‘leren in de vakantie’. Cursisten zijn zich er misschien helemaal niet van bewust dat je in de vakantie ook verder kunt leren, of dat hun vaardigheden in het Nederlands mogelijk achteruitgaan. Hoe denken cursisten er eigenlijk zelf over en wat is hun eigen ervaring?
Tip 2: Vervolgens is het wel handig om wat concrete mogelijkheden te laten zien. Verwijs bijvoorbeeld naar buitenschoolse opdrachten (die vind je in Van Binnen naar Buiten of Praktijkboek B1), zoals het lezen van een artikel uit een Nederlandse krant of het kijken van het Nederlandse journaal (in makkelijke taal). En check met de klas of iedereen de weg weet naar de online leeromgeving! Laat ze samen kijken welke oefeningen ze leuk vinden.

Tip 3: Speciaal voor zomer 2025 heeft KleurRijker een actie: iedereen met een account en een geldige licentie (gekocht voor 9 augustus 2025) heeft automatisch ook toegang tot de woordleer-app Woordwijzer! En deze app is óók voor alfa-cursisten interessant! De eerste vier oefeningen bestaan uit plaatjes en tekst met audio-ondersteuning, zodat de opdrachten ook op gehoor kunnen worden gemaakt.

Tip 4: De vierde tip: bekijk klassikaal online waar cursisten in de eigen woonplaats of gemeente terechtkunnen voor aanvullende taallessen of taalactiviteiten. Is er bijvoorbeeld een taalcafé of taalpunt in de bibliotheek of in een buurthuis? Misschien zijn er al vrijwillige taalmaatjes gevonden. Wat kun je met je taalmaatje ondernemen in de vakantie, als je geen opdrachten hoeft te maken voor de volgende les? En als je toch in het buurthuis of in de bibliotheek bent … Nederlands leren kan ook terwijl je iets anders aan het doen bent! Zijn er nog andere cursussen of activiteiten te doen? En wat kosten die, of zijn ze gratis?

Tip 5: Leen of lees in de bibliotheek een makkelijk-lezen-roman!
Goed voor de woordenschat, goed voor het oefenen van vloeiend lezen en vooral goed voor het plezier :). Tijdens de taallessen en de rest van het jaar komen cursisten daar misschien niet aan toe, in de vakantie is er meer tijd voor leesvoer.
Tip 6: Oké, nog één állerlaatste tip: laat cursisten groepjes of tweetallen maken. Vakantiemaatjes, die elkaar via bijvoorbeeld Whatsapp vragen wat ze gedaan hebben, of ze nog een tekst hebben gelezen of woorden geoefend. Of er nog iets leuks te doen is.
Stiekem geven deze tips natuurlijk een voorzet voor iets breders dan leren tijdens de vakantie. Op een bepaald moment is de inburgeringscursus of extra taalles afgelopen, maar er valt altijd nog meer dan genoeg Nederlands te leren. De vakantie is dus eigenlijk dé gelegenheid om cursisten handvatten te geven waarmee ze hun taalontwikkeling zonder jou kunnen voortzetten.
Fijne vakantie!
Auteur: Liesbeth Caron