In deze laatste vlog over de nieuwe methode TaalCompleet B1 deel ik een aantal reacties van docenten en verschillende activerende werkvormen. Deze kun je inzetten bij de methode.

Reacties van docenten

Wat ik het meest terug hoor van docenten is dat zij heel blij zijn met deze methode waarbij je in kleine stappen toewerkt naar niveau B1 en waarin veel oefenmateriaal zit. Tegelijkertijd heeft dit voordeel ook als nadeel dat docenten het gevoel kunnen hebben langzaam door de lesstof heen te gaan. Ikzelf heb liever teveel materiaal dan te weinig, maar kijk daarbij altijd naar je eigen groep. Wanneer je cursisten de lesstof al beheersen sla dan gerust wat receptieve oefeningen over of geef het op als huiswerk voor cursisten die dit wel nodig hebben.

Activerende werkvormen

Vliegenmepper

Deze leuke werkvorm gebruik ik regelmatig waarbij je de woordenschat kunt herhalen en receptieve vaardigheid kan oefenen. In het werkboek staat welke woordenschat de cursist alleen receptief hoeft te beheersen, wat je hiervoor goed kunt gebruiken. Schrijf de woorden op een groot papier en leg ze op tafel. Geef alle cursisten een vliegenmepper waarmee zij op het goede woord slaan nadat je dit woord omschreven hebt. Succes is hierbij echt gegarandeerd!

Theater en uitbeelding in de klas

In thema 1 van het werkboek gaat het over eigenschappen. Het is erg leuk om deze eigenschappen, denk bijvoorbeeld aan introvert of extravert, uit te beelden. Het is leuk om de cursisten een eigenschap te laten uitbeelden zodat de rest van de klas deze kan raden. Je merkt dat de woordenschat goed blijft hangen omdat je deze op allerlei manieren ‘ervaart’.

Woordenboekspel

Dit spel zou je elke keer kunnen gebruiken wanneer je nieuwe woorden aanleert. In het staatsexamen mag je vanaf januari 2021 alleen nog het NT2-woordenboek gebruiken. Het is daarom heel handig als cursisten dit woordenboek goed weten te gebruiken. Schrijf een woord op het bord waarna cursisten dit woord zo snel mogelijk in het woordenboek opzoeken. Het is meteen een goede stimulans om het woordenboek zelf aan te laten schaffen. Je kunt de opdracht moeilijker maken door te vragen een voltooid deelwoord op te zoeken. Op deze manier leert de cursist de juiste strategie aan.

Praatplaten

Ik ben zelf gek op praatplaten. Je vindt ze in het praktijkboek voor de cursist en als docent vind je ze ook in de docentenhandleiding. Je kan hier ontzettend veel werkvormen mee aanbieden. Bied bijvoorbeeld werkwoorden aan in de verleden tijd en laat cursisten opzoeken waar op de praatplaat ze dit zien, zodat ze het infinitief erbij kunnen maken. Vervolgens bied je het infinitief van de werkwoorden aan en gaan cursisten er zelf zinnen bij maken in de verleden tijd. Een vervolgopdracht is dat zij een persoon kiezen uit de praatplaat en gaan nadenken over wat deze persoon hiervóór gedaan heeft. Eventueel kunnen ze hierbij een verhaaltje schrijven. De verleden tijd wordt zo op drie verschillende manieren geoefend: receptief, voorgestructureerd en productief.

In de docentenhandleiding van TaalCompleet B1 staan ontzettend veel andere voorbeelden van werkvormen waarmee je de les levendig en actief kunt aanbieden.

Dit is de laatste vlog van deze vlogserie over TaalCompleet B1. Laat gerust een reactie achter. We vinden het leuk om te horen wat je van de methode vindt. Heel veel plezier met lesgeven!